Omschrijving
Onderwijsonderzoek gaat gestaag door en produceert een groeiende hoeveelheid wetenschappelijke literatuur. Docenten, beleidsmakers, en wetenschappers zijn afhankelijk van deze literatuur.
Echter, er zijn systematische problemen met deze literatuur die niet worden aangekaart. Voor wetenschappelijke vooruitgang is het nodig dat onderzoek transparant en verifieerbaar is. De data, analyses, en andere materialen van onderzoeken zijn echter zelden publiekelijk beschikbaar, wat het onmogelijk maakt om onderzoeken te verifiëren. Een voorkeur voor ‘interessante’ en ‘nieuwe’ resultaten zorgt ervoor dat de literatuur niet representatief is, waardoor het moeilijk is hierop te kunnen bouwen. Pogingen om onderzoeken te herhalen en repliceren zijn zeldzaam; schattingen naar de hoeveelheid replicatie pogingen in onderwijsonderzoek naar lopen uiteen van 0% tot 0.13%.
Tot slot zijn er problemen met de meetmethoden in onderzoeken, waardoor er “nieuwe” ontdekkingen worden gedaan die uiteindelijk een bestaand iets in een nieuw jasje blijken te zien, zoals met ‘Grit’ het geval was. Soortgelijke problemen in de psychologie brachten een crisis in dat vakgebied met zich mee die zich al uitbreidde naar andere disciplines. Voor de toekomst van onderwijsonderzoek is het noodzakelijk dat deze ook door een crisis gaat. In dit praatje zal ik aan de hand van voorbeelden proberen duidelijk te maken waarom dat nodig is.